Citeren als:
An De Schrijver & Jan Mertens (2022). Kijken door de ogen van vogels. Website Biodivers Zorggroen HOGENT, www.biodiverszorggroen.be en www.biodiverszorggroen.nl
Elke vogelsoort heeft zo zijn eigen specifieke voorkeuren. Om een vogelvriendelijke tuin te creëren is het dan ook belangrijk om deze te kennen. Voor verschillende vogelsoorten is het belangrijk te weten wanneer ze in Vlaanderen verblijven, welke nestplaats ze prefereren en welk voedsel ze verkiezen als kuiken en als volwassen vogel.
In dit artikel kijken we door de ogen van vogels, en analyseren we voor een groot aantal tuinvogelsoorten welke behoeften ze hebben. We werden hiervoor geïnspireerd door de methode Animal Aided Design (ADD), ontwikkeld door Thomas Hauck en Wolfgang Weisser.
We kijken vanuit het perspectief van vogels om vervolgens in ons artikel ‘een tuin voor vogels‘ tips en tricks te geven om tuinen vogelvriendelijk aan te leggen en te beheren. We vatten de belangrijkste bevindingen hier samen in twee overzichtelijke tabellen (te vinden onderaan dit artikel), en aan de hand van een aantal vragen. Deze kennis doorspekken we met informatie over de ecologie van deze soortgroep. We wijzen ook door naar andere artikels op onze website.
Wanneer verblijven tuinvogels in tuinen?
De meeste tuinvogels zijn standvogels die het ganse jaar in onze tuin verblijven of die gedeeltelijk zuidelijker trekken maar dan vervangen worden door exemplaren uit het noorden. Beide types kunnen we dus het ganse jaar door in tuinen aantreffen (beide staan onder de categorie ‘standvogels’ in de tabel onderaan dit artikel).
Andere soorten als grauwe vliegenvanger, kneu, tjiftjaf, zanglijster en zwarte roodstaart trekken (iets) zuidelijker tijdens de wintermaanden, en komen dan terug naar Vlaanderen om hier te broeden (dat zijn de soorten die in de tabel onderaan tijdens de wintermaanden een blauwe kleur kregen).
Andere soorten komen dan weer uit koudere streken hier overwinteren: keep, koperwiek en kramsvogel trekken elk jaar naar het zuiden om hier onder andere de vogelvoedertafels, de akkers en de tuinen af te schuimen op zoek naar zaden, bessen en fruit (dat zijn de soorten die in Tabel 1 tijdens de zomermaanden een blauwe kleur hebben.
Vogels die graag in tuinen komen.
Klik op de afbeelding voor meer informatie.
Wat zijn de favoriete nestplaatsen van tuinvogels?
Tuinvogels kunnen broeden op verschillende plaatsen. Elke soort heeft één of soms meerdere lievelingsplekken (zie de tabel onderaan voor meer info). Boomklever broedt net als grote bonte specht enkel in holtes in bomen. Beide soorten zijn eigenlijk bossoorten die steeds vaker in tuinen gespot worden op zoek naar voedsel. Broeden doen ze vaak wel nog liefst in nabijgelegen bosjes.
Ook koolmees, pimpelmees, ringmus en spreeuw broeden in boomholtes. Forse vogels zoals houtduif, ekster en turkse tortel maken liefst hun nest in bomen, maar er zijn ook kleinere vogels zoals boomkruiper, groenling, putter, roodborst en vuurgoudhaan die hun nest in bomen maken. Er zijn ook amateurs van klimplanten om te broeden: boomkruiper, grauwe vliegenvanger, merel, roodborst, vuurgoudhaantje en ook de zwaardere houtduif waagt zich in klimplanten.
De favoriete plek van bijna de helft van de bestudeerde tuinvogels blijken dichte struiken, een dichte haag of een houtkant te zijn. En heel opmerkelijk: de klassieke nestkastjes worden maar door een beperkt aantal soorten gebruikt, vooral door koolmees en pimpelmees en sporadisch door boomkruiper, ringmus en spreeuw.
Wat eten kuikens van tuinvogels?
De kuikens van bijna àlle soorten eten eiwitrijke insecten . Dat is een belangrijke vaststelling, want het betekent dat het cruciaal is voor succesvolle broedsels dat er insecten in de tuin zijn in het broedseizoen . Zelfs typische zaadeters zoals mussen gaan tijdens het broedseizoen op jacht naar insecten. En dat insectenaanbod kan heel ruim zijn in een biodiverse tuin: insecten als bladluizen, rupsen van dag- en nachtvlinders, allerhande bodemdiertjes en ook spinnen (spinnen zijn uiteraard geen insecten, maar vogels houden ook niet zo heel veel rekening met wetenschappelijke classificaties).… alles wordt gegeten door hongerige jongen!
Spectaculair is dat koolmezen zelfs kunnen ruiken op welke bomen veel rupsen zitten (zie ons artikeltje xxxx). Enkel de jongen van zaadeters als kneu, groenling en kauw eten al direct zaadjes en bessen.
De jongen van houtduif en Turkse tortel krijgen melk van vader én moederduif.
Wat eten volwassen tuinvogels?
Volwassen vogels hebben meestal een gevarieerder dieet van zowel insecten als zaden (zie de tabel onderaan dit artikel). Insecten worden vooral tijdens het voorjaar en de zomer gegeten, zaden en bessen tijdens het najaar en winter. Van de tuinvogels zijn enkel boomkruiper en vuurgoudhaantje puur insecteneters.
Resultaten van onze analyse in twee tabellen.
Klik op de afbeelding voor meer informatie.
Vogel gespot?
Soms zie je een vogel in de tuin en zou je zo graag weten welke soort het is. Maar begin dan eens te zoeken in veldgidsen of op het internet…
Alhoewel dat opzoekwerk wel tof is kan het natuurlijk zijn dat je de bal compleet mis slaat. Maar…. die tijd is voorbij. Er bestaat nu een superhandige gratis app Obsidentify waarmee je soorten kan op naam brengen op een heel eenvoudige manier. ObsIdentify is beschikbaar voor zowel Android als iOS.
Via onderstaande QR code kan je ObsIdentify downloaden voor je telefoon. Voor de herkenning van soorten heb je wel een internetverbinding nodig.