Citeren als:
Catherine De Vos, Herlinde Dael & Steff Briers (2022). Planten, bloemen en tuinvoorwerpen van vroeger herkennen. Website Biodivers Zorggroen HOGENT, www.biodiverszorggroen.be en www.biodiverszorggroen.nl.
Het zien van herkenbare bloemen, planten en voorwerpen, en het waarnemen van bepaalde geuren en eventueel smaken kan ervoor zorgen dat zorgvragers zich ervaringen en gebeurtenissen levendiger kunnen herinneren. De klaproos bijvoorbeeld is voor veel oudere zorgvragers een bloem die doet terugdenken aan vroeger. Ook een stukje gemaaid gazon voelt nog voor vele mensen vertrouwd aan. En in veel oudere tuinen waren frambozen en bessenstruiken terug te vinden. Ook het werken in de moestuin van de zorgvoorziening op zich kan voor de zorgvrager een herkenbare activiteit zijn die heel wat herinneringen aan vroeger oproept.
Het zien en herkennen van vertrouwde bloemen, planten en voorwerpen kan op verschillende manieren ingezet worden in de zorg:
Positieve herinneringen aan vroeger/thuis
Reminiscentieactiviteiten en positieve herinneringen aan vroeger of thuis scheppen een gevoel van vertrouwdheid, geborgenheid en veiligheid, wat het welzijn bevordert.
Herinneringen delen met elkaar
Een uitzicht op de moestuin of op een wilde bloemenweide vormt een interessant aanknopingspunt om met elkaar in gesprek te gaan en herinneringen van vroeger te delen.
Al wandelend
Steeds vaker worden in zorgvoorzieningen reminiscentiewandelingen georganiseerd. Zorgvragers leggen een traject af waarbij ze verschillende materialen of beelden tegenkomen die herinneringen oproepen. Zo worden vaak oude werkmaterialen, speelgoed, een wasdraad gevuld met kleding, etc. gebruikt. Dit kan uitnodigend werken om de tuin te gaan verkennen (fysiek activerend). De familie kan betrokken worden bij deze activiteiten en het kan fijn zijn om deze wandeling samen te doen. Het biedt bovendien gelegenheid om een gesprek aan te knopen en contact te maken met anderen.
Samen met een quiz
Er kan ook een kleine quiz georganiseerd worden terwijl bv. een schaal met fruit uit de tuin (frambozen, aardbeien, …) op tafel staat. Mogelijke vragen daarbij zijn: welke bloem is naar een paard vernoemd, wat is zo vervelend aan brandnetels, welk dier is eerst een rups, welk voorwerp heb je nodig om bloemen water te geven, … Of men kan verschillende planten, bloemen en eventueel ook voorwerpen laten voelen en ruiken om zo ten volle de tuin te laten beleven en deze eventueel laten benoemen.
Voorbeelden van bloemen en planten die vroeger vaak voorkwamen in tuinen zijn: afrikaantjes, anjers, geraniums, viooltjes, lupines, blauwe druifjes, meiklokjes, margrieten, (stok)rozen, hortensia’s, bessenstruiken en fruitbomen.
Tuinvoorwerpen van vroeger (bv. uit de kringloopwinkel) of om de tuin huiselijk te doen lijken: vintage tuinstoelen en ligzetels, oude gieters, een oude fiets, harken en schoffels, waterslang, wasdraad met kleding aan, wasmand, waterton, een oude kruiwagen, …
