Citeren als:
An De Schrijver & Jan Mertens (2022). Het korte maar intense leven van een wilde bij. Website Biodivers Zorggroen HOGENT, www.biodiverszorggroen.be en www.biodiverszorggroen.nl
De meeste wilde bijen leven erg kort – meestal maar een zestal weken. De ontwikkeling van ei tot volwassen bijtje duurt veel langer – meestal bijna een jaar. In dit artikeltje leggen we uit hoe dat gaat.
Volwassen vrouwtjes solitaire bijen leggen hun eitjes, ofwel onder de grond ofwel bovengronds (bijvoorbeeld in insectenhotels). Zie hiervoor ons artikel ‘kijken door de ogen van wilde bijen‘.
Uit zo’n eitje komt eerst een larve en die larve eet van de voorraad aan eiwitrijk stuifmeel die moederbij in de broedkamer gelegd heeft. Van zodra al het stuifmeel is opgegeten en de larve volgroeid is (dit kan tot vier weken duren) vormt zich een zogenaamde rustlarve. Deze spint vaak een coconnetje om zich heen, die beschermt tegen ziektes en ook redelijk waterdicht is. En zo, knus ingespannen overwinteren ze als pop. Vanaf februari – maart volgt dan de metamorfose tot volwassen bij.
Bij sommige bijensoorten zoals de ranonkelbijtjes blijft een deel van de rustlarven meerdere jaren in winterslaap. Een mislukt bijenjaar (vb. een jaar met rotslecht weer of geen of weinig bloemen) hoeft dan nog niet dramatisch te zijn voor de soort, want het jaar nadien krijgen ze een tweede kans!
Na het uitkomen moeten mannetjes en vrouwtjes even op krachten komen. Daarvoor foerageren ze op nectarrijke bloemen. Daarna begint de balts- en paarperiode. De kleinere mannetjes proberen dan te paren met een vrouwtje, waarna ze al snel sterven. Het vrouwtje begint dan aan de belangrijkste taak van haar leven: broedkamertjes maken waarin ze eitjes legt én voedsel voor de larve. Als ze klaar is met eitjes leggen sterft ze ook.
Sommige solitaire bijen overwinteren echter wel als volwassen bij. Dat doen ze dan weer wel vaak in groep. De blauwzwarte houtbij bijvoorbeeld overwintert met vele andere bijtjes samen in een boomstronk.
Meer weten?
Meer weten?
Lees onze artikels ‘kijken door de ogen van wilde bijen‘, de ingenieuze broedcellen van wilde bijen‘ en ‘de bijvriendelijke tuin‘,