Bibliotheek

Toekomstbestendig en sociaal duurzaam ontwerp

28 april 2022

Citeren als:

Stefanie Delarue, Leen Vanthuyne, Catherine De Vos, Herlinde Dael, Jan Mertens & An De Schrijver (2022). Ontwerpkwaliteiten van biodivers zorggroen: Toekomstbestendig en sociaal duurzaam ontwerp. Website Biodivers Zorggroen HOGENT, www.biodiverszorggroen.be en www.biodiverszorggroen.nl

Zowel vanuit de invalshoek ‘zorg’, als vanuit de invalshoek ‘groen’ reiken we graag verschillende richtlijnen aan voor een biodiverse zorgtuin die zorg en natuur kan blijven bieden voor iedereen, zowel nu als in de toekomst.

De gazons houden we kort voor groepslessen, sport en spellen. Al het andere grasland valt onder sinusbeheer. Maaisel en snoeisel wordt ter plaatse gehouden. Dat scheelt niet alleen in kosten, het is ook veel beter voor alle de dieren die hun toevlucht vinden in dit park. - Jeroen, hoofd gemeentelijke groendienst

Hoe kan de zorgtuin duurzaam verankerd worden in het hart van de zorginstelling?

Een gedragen zorgtuin is een duurzame zorgtuin

Het is belangrijk dat iedere (toekomstige) gebruiker van de zorgtuin een gevoel van eigenaarschap en zeggenschap heeft. Zo geraakt een biodiverse zorgtuin duurzaam verankerd in de zorginstelling. Dit vraagt om betrokkenheid van bij de start van elke mogelijke stakeholder. Niet enkel vanuit het beleid of de zorgverleners krijgt een zorgtuin vorm, maar evenzeer participatief of ook in co-creatie met alle medewerkers van de zorginstelling, met de zorgvragers en hun naasten, met de buurt en andere mogelijke externe gebruikers . Het is belangrijk een gedeelde visie en cultuur uit te werken, te behouden en bij te werken en dat wat zowel ontwerp, gebruik als beheer van de tuin betreft. Een participatief of co-creatief proces is immers niet eindigend, maar groeit voort op de wensen en verwachtingen van de betrokkenen. En deze kunnen veranderlijk van aard zijn. Het is dus van belang dat er op regelmatige basis gereflecteerd wordt over de doelstellingen van de zorgtuin .
Het belang van informeren mag hierbij niet over het hoofd worden gezien. Als gebruikers beter op de hoogte zijn van het hoe en waarom van bepaalde zaken, zullen ze sneller geneigd zijn de waarde van behoud ervan in te zien. Nog beter is dat iedereen betrokken is, zowel zorgvragers, vrienden, familie, zorgpersoneel als andere stakeholders, in bijvoorbeeld ontwerp, zaaien van planten, aanplant, beheer, oogst etc.

  1. Samen sterker: Collectiviteit en sterke netwerken

Betrek niet alleen alle mogelijke directe gebruikers van de tuin, maar zoek meteen relevante partners voor de zorgtuin, die ondersteuning kunnen bieden op vlak van expertise, administratie, financiering of mankracht. Dit kunnen diverse overheden zijn, zoals het lokale bestuur, Agentschap voor Natuur en Bos, Vlaamse Landmaatschappij of de provincie. Ook bepaalde organisaties kunnen ondersteunen, zoals regionale landschappen. Maar evenzeer ook groen- of zorgexperten, zoals een landschaps- en tuinarchitect of een tuintherapeut. Ook allerlei lokale verenigingen kunnen interessante te betrekken partners zijn, zoals bijvoorbeeld de lokale volkstuiniers, Velt of Natuurpunt. Binnen het onderwijs kunnen tevens interessante partners gevonden worden, zoals lokale scholen, hoger onderwijs of avondonderwijs, net als bijlokale bedrijven.

Ook de sociale inbedding in de buurt en de stad of gemeente is van belang, zoals hierboven reeds aangegeven en ook terug te vinden onder de ontwerpkwaliteit sociaal verbindend.

We hebben een kalender met kleine klusjes voor elk seizoen. In de herfst is dat bijvoorbeeld: paden vegen, klimplanten snoeien, de kippen eten geven, de compost controleren,... Onze bewoners halen er veel voldoening uit om actief mee te werken in de tuinen, ook al is het soms maar even. - Herlinde, ergotherapeut

Zorg voor Continuïteit door (structurele) verankering

Vaak zien we dat een zorgtuininitiatief een persoonlijk initiatief is, meestal opgestart door iemand met affiniteit met groen of buitentherapie. De inspanning enkel van deze persoon laten afhangen zorgt voor een fragiele basis voor de zorgtuin. Die persoonsafhankelijkheid moet overgenomen worden door het creëren van een binnen de zorgvoorziening breed gedragen visie en cultuur rond de zorgtuin, met vele voortrekkers die de continuïteit kunnen bewaken.

Een bijzonder belangrijk aandachtspunt is dat er ook voldoende financiële middelen worden voorzien, voor zowel het ontwerp, de aanleg, het duurzame beheer en de werking van de tuin. Bij bijvoorbeeld nieuwbouw wordt de zorgtuin idealiter mee begroot. Een goede inschatting van alle mogelijke kosten, van ontwerp tot instandhouding van de tuin, is van belang om de kwaliteit en de duurzaamheid van de tuin te kunnen garanderen.

De biodiverse zorgtuin moet niet enkel duidelijk verankerd zitten in het beleid (en de financiering), maar evenzeer ook in de werking (het gebruik en het beheer van de zorgtuin).
Het is belangrijk om goed na te denken over een of meer tuintherapeutische programma’s die vanuit de visie van de zorgvoorziening en voor de desbetreffende doelgroep in de specifieke tuin gebruikt kunnen worden. Hierbij worden dan tuintherapeutische activiteiten uitgewerkt voor die bepaalde doelgroep en streeft men ernaar dat de cliënt de hieraan gekoppelde doelen kan bereiken. Zoals aangegeven in de ontwerpkwaliteit activerend is tuinieren immers het ‘summum van therapeutische activiteit’ in een biodiverse zorgtuin.

Ook het op regelmatige basis organiseren van terugkerende activiteiten zorgt voor continuïteit in het gebruik van groen. Reik ook hier uit naar het volledige netwerk en alle betrokkenen van de zorgtuin.  Wanneer men bijvoorbeeld een moestuin heeft, kan het keukenpersoneel deze groenten gebruiken en samen snijden met de cliënten of bewoners. Maaltijden kunnen zo ook een samenzijn bevorderen met de buurt, familieleden of in een buurtfeest op het domein. Of in samenwerking met de groendienst kunnen cliënten of bewoners bepaalde vaste taken op zich nemen, zoals het vegen van de wandelpaden.

Duidelijke afspraken en wederzijds begrip over de rol, de draagkracht en de verantwoordelijkheden van interne en externe voortrekkers en externe medegebruikers van de zorgtuin is hierbij steeds van belang. Een realistisch inzicht bijvoorbeeld in welke taken en werklast gekoppeld zijn aan het onderhoud van de zorgtuin kan door de opmaak van een beheerplan.

Het pad gaat langs de crèche. Ik heb zelf 5 kleinkinderen. Als ik de kleintjes zo zie ravotten in groen, dan word ik vrolijk. Ze komen graag tussen de hagen staan om te kijken of hallo te zeggen. - Willy, patiënt in de residentie

Een glazen bol: Rekening houden met mogelijke toekomstplannen en veranderende wensen en noden in de voorziening

Een zorgvoorziening staat natuurlijk niet stil. En het is van belang om ook dit in rekening te brengen van bij de start van (het ontwerp van) de biodiverse zorgtuin. Veel zorginstellingen grijpen ad hoc in in hun buitenruimte bij veranderende vragen en noden. Dit leidt vaak tot een rommelig, weinig samenhangend geheel, ten koste van alle voorgaande ontwerpkwaliteiten, en dus ten koste van een tuin die goed kan (blijven) functioneren voor zorg en biodiversiteit. Door van bij de start een duidelijke hoofdstructuur in de zorgtuin aan te brengen – een zogenaamd casco: een robuuste ruimtelijke en functionele opbouw van de tuin – kunnen andere functies daar duurzaam hun plek binnen vinden. Onze ontwerpkwaliteiten helpen jullie hierbij. Door ook niet elk deel van de tuin eenzijdig functioneel in te richten, kan je door flexibel ruimtegebruik veranderende wensen opvangen.

Veerkrachtig en klimaatbestendig groen

Een toekomstbestendige tuin is ook een tuin die veerkrachtig is. Die herbergt voldoende diversiteit om veranderingen – zoals bijvoorbeeld bepaalde ziekten en plagen of klimaatextremen – te kunnen opvangen. Meer kan je hierover lezen in onze ontwerpkwaliteit biodiversiteits- en klimaatvriendelijk , maar we lijsten de belangrijkste aandachtspunten nog even op.
Een veerkrachtige zorgtuin is optimaal ingericht voor rijke biodiversiteit door het gebruik van (neo-)inheemse plantensoorten, van de juiste plant op de juiste plaats (plantenkeuze aangepast aan de groeiplaats), van een gelaagde begroeiing en door verschillende groenelementen welafgewogen in te zetten.
In een toekomstbestendige tuin maken we ook gebruik van duurzame materialen en onderhoudsmiddelen, waarbij we kunstmatige meststoffen en bestrijdingsmiddelen weren.
Het beheer, en vooral de intensiteit ervan, bepaalt ook de duurzaamheid van een tuin. Een beperkt beheer kan door van bij het ontwerp de juiste afwegingen te maken. We streven naar onderhoudsarm: de tuin verzorgt als het ware zichzelf. Maar onderhoudsarm betekent niet onderhoudsvrij. Het latere beheer wordt ook best meegenomen in de keuze voor een groenelement en uiteindelijk ook verankerd in de werking van de tuin. Als men bijvoorbeeld werkt met verhoogde plantenbakken met daarin kruiden, dan moet er ook nagedacht worden over de verzorging van deze planten. Zo kan er in de weekplanning opgenomen worden wie deze planten in die week water gaat geven. Wil je minder intens beheer, maar toch kruiden, dan kunnen die in de volle grond aangeplant worden, uiteraard indien dit ook tegemoetkomt aan de specifieke gebruiksmogelijkheden van de tuin van de zorgvrager.
Een toekomstbestendige tuin is ook klimaatbestendig. We zullen te maken krijgen met extremere weersomstandigheden en over het algemeen genomen hogere temperaturen. Aandacht voor schaduw in de zorgtuin, voor water vasthouden en laten infiltreren over de volledige zorgsite, een gezonde bodem etc. kan ervoor zorgen dat de tuin voor alle gebruikers, maar ook voor de ruimere omgeving klimaatrobuust kan functioneren en een fijne plek blijft. In een biodiverse tuin krijgen planten de kans om fysiologisch volwassen te worden, de bodemvormingsprocessen krijgen optimale kansen, dieren voelen zich er thuis. Daarvoor is het element tijd nodig, een duurzame tuin moet rust hebben om zich volwaardig te ontwikkelen. Een duurzame tuin moet letterlijk en figuurlijk de kans krijgen om te groeien en daarbij alle ruimte krijgen om te kunnen groeien. Van bij het ontwerp moet bijvoorbeeld al rekening gehouden worden met de volwassen afmetingen van een solitaire boom, zodat hij, zonder dat er vanuit (snoei)beheer moet ingegrepen worden.

Deze artikels zijn ook interessant:
Vorige Volgende