Bibliotheek

Hoe invasieve exoten de biodiversiteit bedreigen

24 maart 2022

Citeren als:

Jan Mertens & An De Schrijver (2022). Hoe invasieve soorten de biodiversiteit bedreigen. Website Biodivers Zorggroen HOGENT, www.biodiverszorggroen.be en www.biodiverszorggroen.nl

Er komen in heel Europa steeds meer uitheemse planten en dieren voor die hier niet ‘op eigen kracht’ zijn geraakt. Vele dier- en plantensoorten, maar ook bacteriën, schimmels en virussen worden ingevoerd via handel of scheepvaart, of via plantenkwekers en vijvercentra.  Continu zijn er meldingen van nieuwe soorten die in Vlaanderen opzettelijk of onopzettelijk geïmporteerd worden door de mens. Dat zijn exoten.  Sommige exoten worden invasief, de zogenaamde invasieve exoten, en vormen een bedreiging voor de biodiversiteit. We leggen hier uit hoe dat werkt.

Japanse duizendknoop is een invasieve exoot die in heel Europa voor problemen zorgt. Op de foto zie je de soort langs de oevers van de Leie. De plant kan erg hoog worden en wortelt ook zeer diep (het wortelstelsel kan tot drie meter diep gaan). De planten hebben een uitgebreid net van wortelstokken dat zich horizontaal ondergronds tot zeven meter kan uitstrekken. Er zijn gevallen bekend waar de plant van een kant van een vierbaans autoweg onder de weg doorging en aan de andere kant opdook. De plant woekert enorm en verdringt inheemse flora. Foto: Yves Adams via Vildaphoto

Wat zijn invasieve exoten?

Tijdens de laatste ijstijd was het klimaat in Vlaanderen en Nederland compleet anders dan nu. Onze contreien waren niet bedekt met landijs, maar de gemiddelde temperatuur lag wel onder nul en het land was bedekt met een toendravegetatie van grassen, mossen, korstmossen en dwergstruikjes. Zo’n tienduizend jaar geleden, onder invloed van het opnieuw warmer worden van het klimaat, zijn planten en dieren die houden van warmere temperaturen vanuit het zuiden heel geleidelijk gemigreerd naar het noorden, tot ze hun optimale klimaat bereikten. Deze soorten vormen nu onze inheemse flora en fauna. De mens heeft hier geen actieve rol in gespeeld. De biodiversiteit die we kennen is het resultaat van een natuurlijk proces van soorten die langzaamaan en over een lange periode naar hier zijn opgeschoven.

Exoten zijn uitheemse planten- of diersoorten die van nature niét in onze streek voorkomen, maar door de mens werden aangeplant, werden uitgezet of hier per ongeluk door menselijke activiteiten terecht kwamen. Sommige van deze soorten hebben  een belangrijke maatschappelijke of economische waarde. Zo zijn de aardappel (afkomstig uit Zuid-Amerika) en mais (afkomstig uit Midden-Amerika) ondertussen belangrijke gewassen binnen de landbouw.

Het klein percentage invasieve exoten veroorzaakt hier echter grote schade aan de natuur, de economie of de volksgezondheid. De EU schat de schade door invasieve exoten op 12 miljard euro per jaar. Maar niet enkel in Europa vormen invasieve exoten een probleem. Heel wat soorten die in de VS bestreden worden komen uit Europa. Daar wordt de schade op jaarbasis op 137 miljard dollar geschat. Ook in Australië en Nieuw-Zeeland werden heel wat Europese exoten geïntroduceerd tijdens de kolonisatie door de Britten.

Invasieve uitheemse soorten vormen dus een wereldwijd probleem. Op wereldschaal schat men dat invasieve exoten op dit ogenblik de tweede belangrijkste reden zijn voor biodiversiteitsverlies, na het vernietigen van biotopen voor landbouwdoeleinden en voor het bouwen van nieuwe dorpen en steden.

Waarom zijn ze zo invasief?

Exoten kunnen invasief worden omdat hier, anders dan in hun land van oorsprong,  meestal geen natuurlijke vijanden of ziektes zijn die hun groei afremmen. In hun oorspronkelijke biotoop zijn soorten die hier invasief zijn helemaal niet kwaadaardig. Hier zal een invasieve exoot zich wel  heel makkelijk verspreiden door natuurlijke biotopen. Japanse duizendknoop onderdrukt inheemse bermvegetaties, en stierkikkers verorberen inheemse salamanders en kikkers op in natuurlijke vijvers. Daardoor daalt de biodiversiteit in de omgeving.

De stierkikker werd in Europa geïmporteerd voor consumptie als kikkerbillen en door tuincentra om uit te zetten in vijvers. De soort is een Amerikaanse veelvraat die wanneer hij in natuurlijke vijvers terecht komt, snel de volledige vijver domineert en de biodiversiteit sterk doet afnemen. Zet nooit zelf amfibieën uit! Foto: Rollin Verlinde via Vildaphoto

Al onze  inheemse soorten hebben hier gedurende de vele duizenden jaren dat ze hier aanwezig zijn relaties opgebouwd met allerhande andere soorten. Zo zijn vele plantensoorten waardplanten van allerlei insectensoorten. Dat is ook zo voor exoten in hun oorspronkelijke verspreidingsgebied. Hier zijn ze echter nieuw, en hebben ze geen zogenaamde geassocieerde soorten. Er zijn geen insecten of andere soorten gerelateerd aan hen – ze behoren niet tot een voedselweb. Dat speelt enorm in hun voordeel. Ze hebben immers ook geen zogenaamde natuurlijke vijanden en kunnen zich vaak ongebreideld uitbreiden.

Kolonisatie door een invasieve exoot verloopt dan ook volgens een curve die we kennen van de COVID-pandemie. Het is goedkoper en makkelijker om in te grijpen in de beginfase dan wanneer de verspreiding al in een vergevorderd stadium zit. Ook in je tuin geldt dat. Het is makkelijk om 2 bamboeplantjes uit te graven, maar als je enkele jaren wacht tot de tuin volledig overwoekerd is wordt dit een helse klus. Meestal moet er dan een graafmachine aan te pas komen. Ook soorten die op dit moment niet invasief zijn kunnen trouwens in de toekomst invasief worden. Het blijkt weinig of niet te voorspellen welke soorten invasief zullen worden en welke niet.

 

 

Vorige Volgende