Bibliotheek

Hagen en houtkanten zijn belangrijk voor de biodiversiteit

25 maart 2022

Citeren als:

Sanne Van Den Berge (2022). Hagen en houtkanten zijn belangrijk voor de biodiversiteit. Website Biodivers Zorggroen HOGENT, www.biodiverszorggroen.be en www.biodiverszorggroen.nl

Houtkanten en hagen geven als esthetische elementen het landschap én je tuin een eigen karakter. Het zijn echte ‘biodiversiteitshotspots’, en ze leveren heel wat ecosysteemdiensten. In dit artikel leggen we uit waarom dat zo is.

Houtkanten of hagen – wat is het verschil?

Houtkanten en hagen (in het Engels: ‘hedgerows’ en ‘hedges’, respectievelijk) zijn termen die vaak als synoniemen worden gebruikt. Het zijn dan ook beiden lineaire aanplanten van houtige vegetatie die onder de noemer ‘kleine landschapselementen’ vallen.

Hagen worden per definitie geschoren; in een houtkant groeien de boom- en struiksoorten uit tot opgaande bomen (die al dan niet in hakhout worden gezet of gesnoeid worden).

Hagen of houtkanten? In dit mooie boccagelandschap in Voeren zie je ze allebei, geschoren hagen en iets wildere houtkanten. Foto Jeroen Mentens via Vildaphoto

Houtkanten en hagen – terug van nooit weggeweest

Het gebruik van houtkanten en hagen in Vlaanderen (en West-Europa) gaat ver terug in de tijd. Ze hadden vroeger dan ook tal van functies. Ze omheinden eigendommen waarbij ze dienden als duidelijke eigendomsgrens, ze boden beschutting voor het vee of dienden als veekering, en leverden allerlei producten op zoals brandhout, geriefhout, veevoeder, vruchten en eetbare planten. Tot het midden van de vorige eeuw zien we dan ook nog heel wat houtkanten getekend staan rondom akkers en weilanden op historische stafkaarten. Maar de gesubsidieerde en productiegerichte intensieve landbouw heeft het kleinschalige Vlaamse landschap veranderd vanaf de tweede helft van vorige eeuw: de traditionele functies van houtkanten gingen verloren en kleinere percelen werden samengevoegd tot grotere, waarbij veel houtkanten uit ons landschap verdwenen.

Hoewel hun traditionele functies minder gangbaar zijn geworden, leveren de houtkanten die we nu nog terugvinden in het landschap nog steeds tal van ecosysteemdiensten, zoals het verbeteren van de waterkwaliteit en waterberging, het verminderen van erosie, het afvangen van fijnstof, het verminderen van geluidshinder, houtproductie en koolstofopslag…

Ecosysteemdiensten van houtkanten en hagen

In ons artikel ‘Waarom is biodiversiteit belangrijk?’ geven we meer uitleg over ecosysteemdiensten.

Door de lineaire structuur van houtkanten en hagen vindt er weinig lichtconcurrentie plaats en groeien de boom- en struiksoorten snel. Daarbij wordt heel wat hout geproduceerd en koolstof vastgelegd in de biomassa en de bodem.

In Vlaanderen is de interesse naar biomassa en houtsnippers sterk aan het stijgen voor toepassingen zoals bioenergie en mulching – houtsnippers worden gebruikt als grondstof voor verbrandingsinstallaties dan wel om de vruchtbaarheid en waterbalans van landbouwbodems te verbeteren.

Naast de houtkanten zelf heeft dus ook het hout uit houtkanten een rol te spelen bij zowel klimaatmitigatie (waar het fossiele brandstoffen kan vervangen als hernieuwbare energie) als klimaatadaptatie (landbouwbodems worden weerbaarder gemaakt tegen droogtes).

Ze leveren bladeren die kunnen dienen om tot bladcompost te maken, verbeteren de luchtkwaliteit via het afvangen van fijnstof, stikstofoxiden (NOx) en ozon, ze reduceren geluidsoverlast en geven privacy (een verminderde inkijk van de buren). Ze kunnen zorgen voor windluwe plekjes, houden water vast en bieden schaduw (zie ook ons artikel ‘Bomen in het biodivers zorggroen’).

In houtkanten kan hout geoogst worden om te gebruiken als biomassa. Een streekeigen bron van energie waarin meer en meer landbouwers terug geïnteresseerd worden. Foto Jeroen Mentens via Vildaphoto

Houtkanten en hagen – biodiversiteitshotspots!

Als microhabitats

Door hun lineaire structuur kunnen houtkanten en hagen omschreven worden als ‘randhabitat’, dat onderhevig is aan invloeden van buitenaf en een veelheid aan niches zal voorkomen op een beperkte oppervlakte. In vergelijking met bos, is het microklimaat in de houtkant warmer en droger gedurende het groeiseizoen en zijn de bodems vaak minder zuur. In tegenstelling tot in bossen, zal er in een houtkant of bomenrij nooit een gebrek zijn aan zonlicht, waardoor ‘houtkantbomen’ volumineuze, symmetrische kronen ontwikkelen. In volwassen bomen maakt het kroonvolume zo tot de helft van het totale houtvolume uit. Zulke enorme kronen bieden een veelheid aan microhabitats, zoals holtes en spleten, en een enorme hoeveelheid aan bladeren die voedsel en beschutting bieden aan tal van organismen.

Als voedselbron voor insecten en vogels

Het groeiseizoen in de houtkant start in de lente met het ontspruiten van nieuwe scheuten en het openen van de bloemen. Vele typische boom- en struiksoorten in de houtkant komen vroeg op het jaar in blad (bv. sleedoorn, meidoorn, zwarte els, veldesdoorn, berk…), vóór veel van de typische bosbomen (eiken, iepen, de beuk…). Bovendien zijn veel van de houtkantsoorten naaktbloeiers – hun bloemen verschijnen voor het blad. Deze vroege bloei, gecombineerd met een vroege groei, maakt de houtkant tot een waardevolle voedselbron voor insecten in de lente. Hierdoor zullen plantenetende insecten in aantal toenemen in de vroege zomer, gevolgd door een stijging in insectivore insecten vanaf het midden van de zomer. Deze insecten vormen op hun beurt een belangrijke voedselbron voor tal van insectenetende vogelsoorten. Koolmezen en pimpelmezen zijn bijvoorbeeld verzot op het elzenhaantje, een soort die veelvuldig voorkomt op zwarte els in houtkantverband.

In de late zomer en de herfst is de vruchtzetting van groot belang voor vele vogelsoorten. Zo zijn de vruchten en bessen van wilde lijsterbes, meidoorn en leedoorn en zelfs de Gelderse roos dé belangrijkste voedselbron in de winter voor populaties van zanglijster en kramsvogel. Diverse mezensoorten profiteren dan weer van de overwinterende ongewervelden in de houtkant.

Houtkanten en hagen – belangrijk voor heel wat fauna en flora!

Hoewel weinig soorten strikt gebonden zijn aan houtkanthabitat, hangen er vele soorten nauw mee samen. De Britse onderzoeker Robert Wolton (2015) slaagde er in een volinventaris op te maken en onderzocht gedurende twee jaar een stuk houtkant in Devon van 90 meter lang, en vond er 2070 soorten. Insecten maakten er het overgrote deel van uit (1718 soorten), gevolgd door een 100-tal andere ongewervelden waaronder 13 soorten slakken en 50 soorten spinnen. 125 plantensoorten kwamen er voor, 80 soorten schimmels, zwammen en korstmossen en een 50-tal gewervelde dieren. Ruw gesteld, kunnen er dus een 2000-tal soorten gevonden worden per 100m houtkant in dergelijke bocagelandschappen.

Ook in Vlaanderen is het netwerk aan houtkanten en hagen (zowel in het landbouwlandschap als in tuinen) belangrijk voor heel wat faunasoorten. Zo zullen de marterachtigen houtkanten en bomenrijen gebruiken als corridor om zich te verplaatsen in het intensief gebruikte landschap en komen er ook heel wat kleinere zoogdieren in voor. Veel zeldzame vleermuizen gebruiken de lijnvormige structuur van houtkanten om zich te oriënteren in het landschap. Voor sommige soorten hoor je zelfs een verwijzing naar de houtkant in hun naam, zoals bij het oranje zandoogje (hedge brown in het Engels) en de egel (hedgehog in het Engels).

Van alle faunagroepen worden vogels ongetwijfeld het sterkst gelinkt met houtkanten. Naast een ideale nestplaats, bieden houtkanten voor een uitgebreid scala aan soorten ook zangposten, rustplaatsen en slaapplaatsen aan, vormen ze een belangrijke bron van voedsel, bieden ze bescherming tegen roofdieren en faciliteren ze beweging in het landschap.

Tal van organismen leven in houtkanten

Wat te kiezen – houtkant of haag?

De keuze voor een haag of een houtkant in je tuin hangt af van je eigen smaak. Wil je een ‘wildere’ tuin, dan kan je kiezen voor een houtkant: een gemengde aanplant van bomen en struiken. Door een verschil in groeisnelheid tussen de soorten, zal een houtkant er gevarieerd uitzien waarbij soorten van verschillende hoogtes en omvang een boeiend habitat bieden aan heel wat diersoorten. Beheer in een houtkant kan inhouden dat je (sommige) soorten in hakhout zet, snelgroeiende soorten af en toe wat terugsnoeit, of helemaal niet beheert (nulbeheer toepast).

In een eerder ‘moderne’ tuin kan je kiezen voor een haag, die geregeld geschoren wordt en een strakker uitzicht heeft dan een houtkant. Vaak bestaat een haag uit één of slechts enkele soorten, maar je kan ook kiezen voor gemengd plantsoen, wat uiteraard uit biodiversiteitsoogpunt een plus is. Heel wat boomkwekerijen bieden gemengd haagplantsoen aan in hun aanbod.

Een combinatie van een houtkant en een haag kan natuurlijk ook door bv. verspreid in je haag een lijsterbes, vlier of meidoorn te laten uitgroeien tot een klein boompje en de rest van je haag strak afscheert. Of je kan werken met een strakke geschoren haag met hier en daar inhammen waar heesters kunnen doorgroeien in en voor de haag.

Er lopen verschillende initiatieven in de Vlaamse provincies en regio’s rond het aanplanten van houtkanten en hagen in de tuin, waarbij streekeigen plantsoen wordt aangeboden via groepsaankoop.

Enkele bekende en sprekende voorbeelden zijn de Behaag je tuin-campagne georganiseerd door de Regionale Landschappen , de Behaag… Natuurlijk!-campagne georganiseerd door verschillende lokale Natuurpuntafdelingen en Behaag onze Kempen, een campagne getrokken door  JNM, Natuurpunt en Velt in samenwerking met lokale besturen.

Inspirerende voorbeelden en motieven genoeg dus om een haag of houtkant aan te planten in je tuin!

Vorige Volgende